De bron van een warmtepomp is gevuld met een water-glycol oplossing. Er is veel bekend over warmtepompen, maar de inhoud ervan wordt vaak niet genoemd. Het is natuurlijk geen geheim, dus wij leggen je het graag uit!
De bron van een warmtepomp is gevuld met een water-glycol oplossing. Er is veel bekend over warmtepompen, maar de inhoud ervan wordt vaak niet genoemd. Het is natuurlijk geen geheim, dus wij leggen je het graag uit!
Er zijn verschillende antivriesmiddelen beschikbaar, maar voor warmtepompen kiezen mensen over het algemeen voor een van de glycolen. Dit komt door de goede mengbaarheid met water en de anti-corroderende werking. Op deze manier kan de de bron van de warmtepomp niet bevriezen én wordt het systeem niet door corrosie aangetast.
Glycol is een antivriesmiddel dat door zijn eigenschappen goed mengbaar is met water. In warmtepompen worden twee verschillende soorten glycol gebruikt: ethyleenglycol en propyleenglycol. In de meeste gevallen wordt ethyleenglycol gebruikt, omdat de eigenschappen beter aansluiten bij de functie van een warmtepomp. De verhouding water/glycol wordt bepaald door de leverancier van de warmtepomp. Je hoeft dus zelf niks te berekenen!
Er zijn verschillende soorten glycolen op de markt, elk met hun verschillende eigenschappen en toepassingen. Om je een goed beeld te geven welke van de glycolen het beste past in jouw specifieke situatie kun je er via onderstaande links alles over lezen.
Over het algemeen wordt propyleenglycol gebruikt voor thermische toepassingen (zoals bij warmtepompen en grondboringen) omdat de gewone ethyleenglycol daar niet gebruikt mag worden omwille van zijn giftige eigenschappen. Dat is nu verleden tijd! Hydratech heeft als enige een non-toxic ethyleenglycol. Met onze non-toxic ethyleenglycol zal de installatie aanzienlijk efficiënter draaien in vergelijking met propyleenglycol. De installatie wordt zo’n 17% zuiniger.
Afhankelijk van het gekozen systeem zijn er meerder manieren waarop een warmtepomp kan bevriezen. Het klinkt misschien gek dat een warmtepomp kan bevriezen, maar toch is het goed om er rekening mee te houden.
Een lucht/water-warmtepomp
De buitenunit van een lucht/water warmtepomp kan bevriezen bij temperaturen lager dan 4 graden celsius. Gelukkig hoef je niet zelf de temperatuur in gaten te houden, want de meeste warmtepompen detecteren dit zelf. Als de temperatuur onder de 4 graden celsius is start een warmtepomp een zogenaamd ontdooi procedure. Het verwarmingsproces wordt dan tijdelijk omgedraaid: de warmte van binnen wordt gebruikt om de buitenunit te verwarmen. Er zijn ook systemen waarbij de warmtepomp een hoeveelheid eerder opgeslagen warme vloeistof gebruikt om de buitenunit te ontdooien.
Een water/water-warmtepomp of brine/water-warmtepomp
Bij een water/water-warmtepomp of brine/water-warmtepomp wordt een bron uit de bodem gebruikt. Er zijn veel bronnen waarvoor de leverancier heeft berekend dat de temperatuur nooit onder de -3 °C zou komen. In de praktijk zit het vaak net iets anders. De warmtepomp onttrekt zijn warmte aan de vloeistof in de bron en zo kan een brontemperatuur van circa 5 °C tot een temperatuur onder het vriespunt leiden.
Water zou hierdoor onmiddellijk bevriezen, waardoor ook de bron bevriest. Bevroren water zet uit en zo kan er schade ontstaan aan het verwarmingssysteem. En daarom is het belangrijk dat er glycol wordt toegevoegd aan de bron om bevriezing te voorkomen. Vaak wordt een bescherming tot -10 graden celsius aanbevolen.
Hydratech heeft vloeistoffen voor toepassingen in verschillende verwarmingssystemen. Voor elke warmtepomp hebben wij het geschikte antivriesmiddel. Zie hier enkele antivriesmiddelen uit ons assortiment: